Een dagje op het strand
Je kent het wel. 30 graden, een dagje vrij, dus je besluit om samen met je gezin een dagje naar het strand te gaan. Jullie genieten volop, nemen lekker een ijsje en dan begint het “gezeur”. Ik wil nog een ijsje hoor je je kind zeggen. Je legt rustig uit, dat het geld op is en dat een ijsje eigenlijk wel genoeg is. Je kind wordt boos en gilt: ik wil nog een ijsje en begint een hoop stampij te maken. Jij wordt ook boos en reageert naar je kind met zoiets als: je bent ondankbaar…. Je mag nooit meer mee…. Het is ook nooit goed… Je verpest altijd de leuke dag….. Je gaat de spullen inpakken en weg leuke dag. Weg gezellig familie-uitje.
Herken je zo’n moment uit je eigen leven? Word je er ook zo wanhopig van als je niet begrijpt waar het gedrag van je kind op slaat? Je had het zo goed bedoeld, maar blijkbaar begrijp je iets niet.
Probeer de volgende stappen eens uit. Erkennen, troost en realiteit. Wel in deze volgorde, omdat het anders niet werkt.
Wanneer je kind “zeurt” om een tweede ijsje kun je het volgende doen:
- Je zegt: Ik begrijp, dat jij zin hebt in nog een lekker ijsje. (erkenning)
- Je zegt: Wat vervelend voor je, dat je er niet nog een krijgt. Ik snap, dat je hier verdrietig en boos over kunt zijn. (troost bieden) Dit doe je net zo lang tot je kind rustig geworden is. Herhaal desnoods een paar keer je boodschap.
- Je zegt: Ik heb niet voldoende geld voor nog een ijsje of je noemt een andere realistische reden. (realiteit) Dit hoef je maar een keer te zeggen.
Ik wens jullie veel plezier op jullie dagje uit. En wie weet komen de tips je nog van pas en kun je blijven genieten van je dagje uit.
Bron: de sleutel tot je kind van Charlotte Visch